De werkvloer: rechten en plichten
Heb je je eerst job beet? Topper! Voor je aan de slag gaat, is het goed om op de hoogte te zijn van je rechten en plichten op de werkvloer. Wat mag? Wat mag niet? Wat moet? Zo voorkom je dat je voor verrassingen komt te staan als je gaat werken. Check onze tips!
Papierwerk
Voordat je begint te werken, moet je een schriftelijk contract hebben, ondertekend door jezelf en de werkgever. Voor je het ondertekent, lees je het contract goed door. Let extra op je loon en de begin- en einddatum van het contract. Als je niet alles begrijpt wat erin staat, vraag dan of je het contract even mee naar huis mag nemen om het nog eens te lezen met je ouders, broer of zus, of met je vakbond (voor je effectief begint te werken).
Vaak zetten werkgevers in je contract dat je een kopie van het arbeidsreglement ontving. Staat dit in je contract? Zorg dan ook dat je een kopie hebt. Je arbeidsreglement bevat immers heel wat belangrijke informatie over de opzeg, de proefperiode, de betaling van het loon …
Het kan zijn dat er bijzondere veiligheidsvoorschriften zijn. Leef deze zeker na, maar kijk er ook op toe dat het mogelijk is deze na te leven. Stel, je moet specifieke veiligheidsschoenen dragen, dan moet je deze ook krijgen.
Wie werkt, moet worden betaald. Bovendien moet je van iedere tewerkstelling een loonfiche ontvangen: kijk deze zorgvuldig na en bewaar ze goed. Je hebt je loonfiches bijvoorbeeld nodig wanneer je een lening wil afsluiten.
Zwartwerk
Zwartwerk is werk waarbij er geen overeenkomst is. Het kan verleidelijk lijken om zwartwerk aan te nemen. Toch is dit voor jou als werknemer heel nadelig. Als je een ongeval hebt tijdens je werk, wordt dit niet erkend als arbeidsongeval en draai je zelf op voor de kosten. Verder ben je nooit zeker of en hoeveel loon je krijgt, omdat er niets op papier staat. Verder betaal je geen belastingen. Dat lijkt voordelig, maar door belastingen te betalen bouw je bepaalde rechten op. Die rechten heb je nodig om een uitkering te krijgen bij zwangerschap, ziekte, pensioen …
Jeugdvakantie
Als werknemer heb je recht op een aantal vakantiedagen. Om te bepalen op hoeveel dagen je recht hebt, wordt er gekeken naar je tewerkstelling het jaar voordien. Het jaar dat je begint te werken heb je dus geen recht op vakantie. Begin je in juli te werken, dan heb je het jaar erna ook slechts ongeveer de helft van het aantal vakantiedagen verdiend.
Om dat op te vangen, hebben jongeren jonger dan 25 jaar onder bepaalde voorwaarden recht op jeugdvakantie, zodat je toch 4 weken vakantie kunt nemen. De RVA betaalt 65 % van je gemiddelde dagloon als jeugdvakantie-uitkering. Er bestaat wel een loongrens. Van de jeugdvakantievergoeding gaat er ook nog een fiscale heffing van 10 % af. Je hebt recht op 4 weken jeugdvakantie, op te nemen in het jaar na afstuderen en op voorwaarde dat je al je wettelijke vakantiedagen hebt opgenomen. Alle info vind je op www.rva.be.
Je kan je jeugdvakantie aanvragen bij de vakbond of bij de HR-dienst van het bedrijf waarvoor je werkt.
Ziekte of ongeval
Wanneer je ziek bent of een ongeval krijgt, moet je je werkgever zo snel mogelijk verwittigen. In je arbeidsovereenkomst kan een termijn bepaald zijn voor het binnenbrengen van je doktersattest. Staat dit niet vermeld, dan moet je je attest binnen de 48 uur aan je werkgever bezorgen.
Ben je lang out door ziekte of een ongeval, moet je ook je ziekenfonds verwittigen. Laat je dokter het ‘getuigschrift arbeidsongeschiktheid’ invullen en bezorg het aan je ziekenfonds.
Opgelet: blijf je langer ziek dan de periode die je dokter voorschreef, dan moet je opnieuw je werkgever en het ziekenfonds op de hoogte brengen.
Gewaarborgd loon
Tijdens je ziekte wordt je loon nog even verder betaald. Dat heet het ‘gewaarborgd loon’. Je hebt er recht op wanneer je minstens een maand anciënniteit hebt opgebouwd bij je werkgever. De termijn verschilt afhankelijk van je functie (arbeider, bediende of interim).
Daarna krijg je een uitkering van het ziekenfonds, maar die ligt wel lager dan je normale loon.
Werk je als interim? Breng dan zeker je ziekenfonds binnen de 48 uur op de hoogte. Je hebt geen recht op gewaarborgd loon en krijgt dus meteen een uitkering. Bij laattijdige aangifte vermindert je uitkering met 10 %.
Ontslag
Hopelijk blijf je ervan gespaard, maar de kans bestaat dat je werkgever jou ooit ontslaat. Of dat je zelf ontslag neemt omdat je een andere uitdaging hebt gevonden of omdat het werk je niet ligt.
Het ontslag moet bepaalde regels volgen. Zo moet je werkgever jouw ontslagbrief aangetekend naar jou opsturen. Geef je zelf je ontslag, dan is je ontslagbrief afgeven aan je werkgever voldoende. Zorg er wel voor dat je werkgever tekent voor ontvangst. Je kan je ontslagbrief natuurlijk ook altijd aangetekend opsturen.
Teken je ontslagbrief nooit ‘voor akkoord’, maar steeds met de vermelding: ‘onder voorbehoud van mijn rechten’.
Opzegtermijn
Er geldt ook een opzegtermijn. Geef je zelf je ontslag, dan is deze termijn korter dan wanneer je je ontslag krijgt van je werkgever.
OPGEPAST! Als je een ‘zware fout’ begaat, bijvoorbeeld diefstal, dan kan je wegens dringende reden onmiddellijk ontslagen worden zonder vergoeding of opzegtermijn!
Samengevat:
- Laat je niet verleiden door zwartwerk. Dit is nadelig voor jou.
- Zorg dat je een contract tekent voor je begint te werken! Lees het grondig vooraleer je ondertekent. Vraag eventueel eventjes respijt om het in detail te bekijken.
- Mondeling ontslag is niet voldoende. Als de werkgever opzegt, kan dit enkel met een aangetekende brief of deurwaardersexploot. Geef je zelf je ontslag, dan kan dit met een aangetekende brief of door de opzegbrief zelf aan de werkgever af te geven. Zorg er wel voor dat de werkgever je exemplaar tekent voor ontvangst!
- Wie werkt moet worden betaald. Bovendien moet je van iedere tewerkstelling een loonfiche ontvangen: kijk deze zorgvuldig na en bewaar ze goed.
- Als je ziek wordt, stuur je binnen 48 uur een ziektebriefje naar je werkgever.
- Onder bepaalde voorwaarden heb je in het jaar na afstuderen recht op 4 weken jeugdvakantie.
Lees ook: SOS overuren, wat kan en mag?